Eeuwenlang is er strijd geleverd om de meentgronden. In de 15e eeuw erkenden de graven van Holland eindelijk de Erfgooiers als echte partners en medegebruikers van het gebied. In 1708 werd er een lijst van gerechtigden (scharende Erfgooiers) gemaakt. Ook werd er een kaart gemaakt waarop precies stond welke gronden men mocht gebruiken. De Gooise boeren organiseerden zich in een agrarische belangenorganisatie en exploiteerden hun landbouwgronden zoals ze dat altijd hadden gedaan onder de abdij van Elten. Ook bleef de overerving van gebruiksrechten van vader op zoon van kracht. Het erfgooierschap was geboren.
De Erfgooiers kwamen steeds vaker bij elkaar. Ze spraken af wie zich Erfgooier mocht noemen en onder welke voorwaarden de landbouwgronden gebruikt mochten worden. Je moest een Gooise boerderij met akkerland bezitten, meerderjarig én gehuwd zijn. Deze vereisten werden vastgelegd in schaarbrieven en bosbrieven. Er werd streng toegezien op de naleving, waardoor de Gooise landbouwgronden en bossen niet overbelast raakten.
Wie zijn deze Erfgooiers die zich gedragen als eigenaren van Gooise gronden?
Begin achttiende eeuw liet de rijke Amsterdammer François Hinlopen zijn paarden en koeien grazen op de weilanden en heidevelden rond zijn hofstede Oud-Bussem. François was geen Erfgooier en dus werd hij hardhandig tegengewerkt. Niet zo’n slimme zet, want hiermee werd het bestaansrecht van de Erfgooiers aangetoond. Maar het verhaal kreeg een twist toen de Hilversumse notaris Albertus Perk de overheid en de Erfgooiers tot grondruil wist te bewegen. Een groot deel van de Erfgooiersgrond ging naar de overheid en van het restant werden de Erfgooiers volledig eigenaar. Probleem opgelost. Of niet?
Toen Erfgooier Harmen Vos een haas schoot op de grond die aan de Kroon was verpacht, kreeg hij een boete voor stroperij. Hij ging in verweer. Hij had tenslotte gejaagd op eigen grond. Ondertussen bestond het bestuur van de erfgooiersorganisatie ‘Stad en Lande’ vooral uit gemeentebestuurders die van de Erfgooiers af wilden. De situatie ontaardde en de overheid greep in. In 1912 trad de Erfgooierswet in werking en vervielen alle schaar- en bosbrieven en reglementen van gebruik en genot. De Erfgooiers waren nog ‘slechts’ een vereniging. Eentje die zich trouwens wel heftig verzette toen het bestuur gronden aan ontwikkelaars wilde verkopen. In 1933 werd ‘Stad en Lande’ ontbonden en werden de gronden verkocht aan het toen net opgerichte Stichting Gooisch Natuurreservaat (GNR).
Tijdens de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog waren de Gooise gronden in trek en daarmee rees de vraag of de scharende Erfgooiers nog wel zo’n groot gebied voor zichzelf konden houden. De niet scharende Erfgooiers wilden de gronden maar al te graag te gelde maken. Er werd gestemd tijdens een algemene ledenvergadering. Met slechts 164 stemmen verloor de groep scharende Erfgooiers de strijd van de 3012 ‘voors’. Op 28 april 1979 vond de allerlaatste algemene ledenvergadering plaats in de Grote Kerk van Naarden.
Erfgooiers stonden bekend als eigengereid, hardwerkend, stug en conservatief en zijn van grote invloed geweest op het Gooi, al is het alleen maar vanwege de overgebleven heidevelden. Er zijn trouwens nog enkele Gooise boeren die of zelf Erfgooier waren of van een Erfgooier afstammen.
Deze tekst is tot stand gekomen aan de hand van input uit diverse bronnen. Via deze link is de bronnenlijst te downloaden.